donderdag 18 februari 2010

Uitstekend geslufterd

De verwachtingen waren hooggespannen. Met de boot naar Texel, met Hugo. Wanneer we in de auto vrachtwagens of traktoren tegenkomen hoor je vanuit het kinderzitje een geluid van iemand die, zoals dat in het Engels zo fraai klinkt, ‘in awe’ is.
Nu zouden we met ronkende motoren het ruime sop kiezen. ‘In awe’-technisch een zekerheidje, vermoedden wij toen we op de pier aansloten in de rij.
Het was in diezelfde rij dat Hugo besloot de doorbraak van twee nieuwe kiezen extra luister bij te zetten.
Een elftal veegdoekjes, schone kleding, weeiig ruikende vingers en een 3-ponder van een luier verder meerde de veerboot aan op Texel. We denken niet dat Hugo heeft geweten dat hij op een boot zat.

Wat kun je zeggen over Texel? Een boottocht van niks, dat in ieder geval dus. Erg vlak ook. Veel landbouw en akkerbouw. In de winter weliswaar, dus je kijkt voornamelijk uit op toendra’s in tijdelijke ruste.
Is Texel groot? Je kunt er verdwalen, allicht, en we zijn niet van de ene kant van het eiland naar de andere gereden. Wel herinner ik me een anekdote uit mijn jeugd. Een schoolexcursie. Lekker door de natuur fietsen en antwoorden zoeken op vragen over die natuur. Een half jaar voor de excursie hadden we een invalmeester, ik geloof niet dat we toen al over ‘docenten’ spraken – voor Scheikunde. Hij heette Peter Lok. En hij woonde op Texel. Wij spraken zijn naam in het Engels uit. Vermoedelijk omdat het leuk klonk. Veel meer reden heb je in die fase van je leven niet nodig. Op Texel besloten we logischerwijs dat we Piedur Lock gingen opzoeken. Want hij woonde op Texel, en wij waren op Texel. Een lang verhaal kort: Peter Lok werd gevonden. En heel veel moeite had dat niet gekost. Kortom, het is een eiland waar je jezelf om een boodschap kunt sturen.

We meldden ons bij de receptie van Landal De Sluftervallei. Ik herhaal het nog maar een keer. Sluftervallei. Bij mij gaan dan alle luiken open. Zou het een werkwoord zijn. Een oude Juttersterm, om aan te geven dat er wel gejut ging worden, maar zonder al teveel verwachtingen of ambitie. Dinsdagavond, een uurtje slufteren. Vond je wat dan was dat meegenomen, maar je was er in ieder geval even uit.
Wat ook kan: een orgaan uit vroeger tijden, afgestoten door evolutie. Je kon er alleen maar last van hebben. Dokter, ik heb last van een brandend gevoel, hier. Een ontstoken slufter. Waarna je zonder pardon naar de Sluftervallei werd gedeporteerd, zodat het zich niet kon verspreiden. Een melaatsenkolonie. Soms vind je er nog weleens eentje, als je door de vallei struint. Een versteende slufter, als een bullepees, half uit het zand stekend.

Het onooglijke meisje van de receptie leek mij niet iemand die vaak stilstond bij het hele Sluftergebeuren. We wisselden de noodzakelijke plichtmatigheden uit, waarna ze mij de sleutel overhandigde. Die sleutel, zo zei ze, gaf ook toegang tot het zwembad. Toen we twee dagen later uiteindelijk aan zwemmen toekwamen, kwam mijn meisje met een verontrustend inzicht. Als het slot van het zwembad en het huisje identiek waren, betekende dat dan niet dat iedereen feitelijk een loper voor het gehele park in handen had? Wij dachten van wel. Wij gaan dat een volgende keer aan een test onderwerpen. Of ik, in ieder geval.

We hadden gekozen voor een standaardhuisje. Wat er kortgezegd op neerkomt dat we geen sauna en flatscreen met filmkanaal hadden. Voor die sauna valt nog iets te zeggen, wat zo’n TV betreft: daarvoor kun je even zo goed thuisbljven. Geen zeehond gezien omdat je de Die Hard marathon zat te kijken. De verkeerde luxe op de verkeerde plaats. De ontwikkeling van menselijke behoeften in een notendop.

Wat doe je dus zoal in zo’n weekend? Wat je hoort te doen. Je verbazen over de inrichting van het huisje. Slepen met het slaapkamermeubilair. Loeren naar de buren. Kijken of het Duitsers zijn. Afwassen, zoals vroeger. Een dinerbord kapot laten vallen. Lekker eten. Minder lekker eten. Daar geen punt van maken. Spelen met vuur in de openhaard. Wandelen. Zwemmen. Bowlen. Meermaals constateren dat die godverdomde bowlingbaan afloopt. De snackbar negeren. Als tegenprestatie chips schransen, niet eten, maar schransen. Zeehonden kijken. En vooral, alles zoveel mogelijk proberen te zien door de ogen van een tweejarige.
Welbeschouwd een weekendje ouderwets slufteren. Met een aangenaam gebrek aan ambitie. Wat leek af te stralen op het personeel.
Bij het uitchecken werd slechts € 1 in rekening gebracht voor het dinerbord in plaats van de vastgestelde € 2,50.