donderdag 29 januari 2009

Op 180°, klaarblijkelijk

De trein rijdt langzaam Amsterdam CS binnen. Het merendeel van de reizigers houdt zich op bij de linkerdeur. Volgens mij staan ze verkeerd. Ik wacht een moment alvorens ik mijn definitieve keuze maak.

Achter de groep links verschijnt een meisje. In een oogopslag meen ik haar te herkennen. Om haar beter te kunnen zien moet ik om de persoon voor me heenkijken. We hebben kort oogcontact, het meisje en ik. Wat moet ze ook wanneer iemand zo omslachtig naar haar kijkt.
Het oogcontact verheldert twee dingen.

1. Ze doet me denken aan een Nederlands pornosterretje dat een keer bij Spuiten & Slikken aan tafel zat. 2. Ze is het niet. Dit meisje is mooier. Bovendien had dat pornosterretje een onaangename stem.
De oogopslag van het pornosterretje dat het pornosterretje niet is, is dezelfde als die van eega. Het is een constatering die voelt als een legitiem excuus voor het kijken naar een vreemd meisje. De treindeuren openen aan mijn kant. Ik vraag me af of ik een keer een Nederlandse pornofilm moet huren.

’s Nachts droom ik van seks met eega. Een goed teken. We doen het meerdere keren. Op manieren die normaal voorkomen. Dat wil zeggen: we doen het niet ineens zoals we het anders nooit doen. Ook een goed teken, denk ik.
Tussen de seks door frituren we vies voedsel.
In alle eerlijkheid, het kan ook tijdens zijn geweest.

Geen opmerkingen: